Lokale opslag lijkt te zijn uitgeschakeld in uw browser.
Voor de beste ervaring op onze site moet je de lokale opslag in je browser inschakelen.
-
welke lijm heb ik nodig?
De ene lijm is de andere niet! Voor het beste resultaat is het belangrijk dat je de juiste soort gebruikt en deze goed toepast. Hierbij moet je letten op droogtijd, op welke ondergronden deze gebruikt kan worden en/of hoe je de lijm aanbrengt.
wij helpen een handje!
Lijm op waterbasis is de meest laagdrempelige lijm die je kunt hebben. Het trekt geen draden, je kunt het makkelijk aanbrengen met een kwastje of zelfs je vingers en zo lang het nog niet opgedroogd is kun je het prima afwassen met water. Het droogt langzaam, dus geen race tegen de klok om vlakken te verlijmen. Het is vooral heel goed in het lijmen van poreuze materialen, zoals papier en karton, hout, kurk en stof. Daarmee is deze lijmsoort ideaal voor simpele projecten, projecten waar precisie een rol speelt en natuurlijk voor kinderen.
Je kunt lijm op waterbasis overschilderen met bijvoorbeeld acrylverf.
knutsellijm
Ook wel bekend als hobbylijm, witte lijm, kinderlijm, schoollijm of PVA lijm (niet te verwarren met PVC lijm, dit is een hele andere lijmsoort). Dit is een (meestal witte) lijm die transparant opdroogt en vaak een beetje stroperig is. Je kunt deze lijm gebruiken voor poreuze materialen zoals papier, karton, piepschuim, (ongeglazuurd) aardewerk, hout, kurk en stof. Let wel op dat het door dunne stof heen kan trekken en vlekken geven, dus hiervoor kun je beter textiellijm gebruiken (dan kun je de stof ook nog wassen).
De lijm droogt afhankelijk van de ondergrond en hoeveelheid lijm meestal binnen een uur, soms sneller. In de eerste minuut kun je meestal nog corrigeren, maar probeer daarna de materialen niet meer te laten verschuiven. Wij hebben een extra sneldrogende variant in de collectie genaamd "Panokitt sneldrogende hobbylijm", deze is iets dikker en droogt (en hecht) daardoor sneller.
Kwastjes en/of je vingers kun je met water afspoelen, zo lang de lijm nog nat is. Daarna droogt het op tot een rubber-achtige, transparante laag die niet meer oplost in water. Het kan wit uitslaan bij langdurig contact met water, maar zal na opdrogen weer transparant worden.
papier-machélijm
Lekker kliederen! Deze lijm is gemaakt van cellulose uit planten en daarmee een hele milde lijm. Daarom kun je er lekker met je handen in gaan, zonder je zorgen te maken over oplosmiddelen en andere chemische goedjes.
Afhankelijk van de uitvoering koop je een doosje poeder ("plakpoeder") of een vloeibare lijm. Het poeder moet je eerst aanmaken met water en daarna een tijdje laten staan. Dan zuigen de cellulosecellen zich vol met water. Reken hier zeker een half uur voor, anders krijg je klodders en dat werkt niet lekker.
Het drogen van een papier-machéfiguur duurt een paar uur tot zelfs een paar dagen. Vergelijk het met het laten drogen van een boel natte kledingstukken die je niet heel netjes hebt uitgehangen. Dat duurt wel even! Er zitten geen oplosmiddelen in deze lijm, dus al het water moet simpelweg verdampen. Zet hem dus het liefst op een goed geventileerde, warme plek, dan gaat het het snelst. Liever niet op/recht naast de verwarming, want dan droogt hij niet regelmatig en kan het barsten.
découpagelijm
Lijmen én vernissen? Ja, hoor, geen probleem. Découpagelijm kan het allebei, want het lijmt net als knutsellijm allerlei (poreuze) materialen, maar omdat het dun is, kun je het ook prima als vernislaagje aanbrengen. Het wordt net iets harder (lees: minder flexibel) dan knutsellijm na het drogen en droogt iets verder in, omdat het in verhouding meer vocht bevat. Het bestaat in een glanzende en een matte variant, zoda je zelf kunt weten hoe je je project afwerkt.
De originele découpage-techniek werkt als volgt: je knip of scheurt kleine stukjes servetten of papier met een design. Smeer met een (spons)kwast een beetje lijm op het oppervlak dat je wilt versieren en leg je stukje papier erop. Smeer daarna over het stukje papier meer lijm en smeer nog een stukje ondergrond in. Plak, deels overlappend, een volgend stukje papier en ga zo door tot het hele oppervlak is bekleed met papier. Smeer een laatste laagje lijm over het hele oppervlak om eventuele bobbeltjes glad te strijken en een goede vernislaag aan te brengen.
Je kunt de lijm ook puur en alleen als lijm gebruiken of juist alleen als vernis. Veel mensen gebruiken het ook om papier of stof in allerlei vormen stijf te laten worden, door het helemaal onder te dompelen in de (al dan niet met water verdunde) lijm en dit in een bepaalde vorm op te laten drogen. Of gebruik het als transfermedium!
speciaal-lijmen
Wie denkt dat voor specifieke materialen lijm nodig is met een heleboel oplosmiddelen, kan zijn of haar hart op met deze lijmen! Zo is houtlijm (een PVA lijm) altijd op waterbasis, terwijl het super sterk is. Het gaat een reactie aan met het vocht uit het hout, dus zorg altijd dan je de te verlijmen delen heel goed op elkaar laat aansluiten en onder druk laat drogen. Bij goed gebruik is de verbinding sterker dan het hout zelf!
Je hebt ook boekbindlijm, die eenzelfde verbinding aangaat, maar wat flexibeler blijft. Zo kun je je zelfgemaakte boek of schrift keer op keer openen zonder dat de rug scheurt.
Watergedragen lijmen kunnen ook harde of gladde materialen lijmen zoals steen, metaal en glas. Zo zijn zowel onze sieradenlijm als steenlijm op waterbasis. Zorg hierbij altijd dat je ondergrond schoon, vet- en stofvrij is en (als mogelijk) lichtjes opgeschuurd om een zo ruw mogelijk oppervlak te creëeren. Dit laatste kan niet altijd, dus gelukkig hecht het ook goed als je dit niet doet. De verbinding kan na het drogen heel wat hebben, maar het beste kun je je werk niet buiten neerzetten en bij sieraden moet je ze afdoen voor je gaat douchen.
Voor hele sterkte verbindingen zul je vaak toch uitkomen op lijmen met meer oplosmiddelen, daarover in de andere tabjes meer.
Veel sterke lijmen bevatten meer oplosmiddelen en drogen over het algemeen sneller dan lijm op waterbasis. In tegenstelling tot lijm op waterbasis, komt de toepassing van dit type lijm iets nauwer. Daar staat tegenover dat de verbinding nóg beter is. De soorten en hoeveelheden oplosmiddelen wisselen sterk per product en daarmee ook de geschikte ondergronden. Lees je dus altijd goed in voor je de lijm aanschaft en test de lijm bij voorkeur op een onopvallend plekje voor je helemaal los gaat met plakken.
alleslijm
De naam zegt het al: met deze lijm kun je álles lijmen. Althans, met die van ons moederbedrijf Panduro, want die hebben wij uitvoerig getest op allerlei ondergronden. Je kunt er zelfs piepschuim mee lijmen! Waarom is dit bijzonder? Omdat piepschuim soms smelt als er teveel oplosmiddelen in de lijm of verf zit (gebruik daarom ook nooit verfspray op piepschuim zonder een primer!). Over het algemeen geldt: staat er een vlammetje op de verpakking, gebruik hem dan niet direct op piepschuim. Op onze lijm staat ook een vlammetje, maar gelukkig kan hij zonder zorgen op piepschuim en ander schuim (zoals hobbyrubber) gebruikt worden.
wat zijn de voordelen van alleslijm?
Alleslijm is een lijm die goed vloeibaar is, zodat je er een dun laagje van aan kunt brengen en het netjes in alle hoekjes en gaatjes vloeit. Het is transparant en droogt harder op dan lijm op waterbasis. Je kunt er daardoor robuuste verbindingen mee maken die niet snel zullen verzakken of afscheuren. Door de (relatief lage hoeveelheden) oplosmiddelen droogt de lijm snel op en maakt het ook stevige verbindingen met materialen zoals plastic (hoewel we hier wel aanraden het oppervlak een klein beetje op te schuren). Je kunt de lijm aan twee kanten smeren en even laten indrogen voor je het op elkaar plakt, dan maakt het direct een stevige verbinding, die niet snel verschuift (vergelijkbaar met contactlijm). Corrigeren gaat dan iets lastiger, maar je kunt wel sneller door naar de volgende verbinding.
zijn er ook nadelen?
Niet heel veel gelukkig, maar alles heeft z'n voor- en nadelen. Zo trekt alleslijm vaak nogal wat draden. Dat kan even wennen zijn en soms in de weg zitten of vlekken geven! Voorzichtig werken dus. De lijm is ook behoorlijk vloeibaar, dus ga met beleid te werk om te voorkomen dat er lijm komt op plekken waar je het niet wilt hebben. Omdat het niet op waterbasis is, kun je het alleen weghalen met bijvoorbeeld aceton of ethanol. Tot slot is het door zijn samenstelling niet de bedoeling dat je het op je huid smeert, hoe leuk het ook is om draden te trekken tussen je vingers. Een beetje contact met de huid is niet zo erg trouwens en opgedroogde lijm kun je makkelijk van je huid afhalen met wat babyolie.
contactlijm
Deze lijm lijkt in gebruik en toepassing op alleslijm, maar is na het drogen flexibeler. Daardoor kun je er bijvoorbeeld ook leer mee lijmen, zonder dat je bang hoeft te zijn dat de verbinding gaat barsten als het beweegt.
Het grote verschil tussen alleslijm en contactlijm is dat het bij contactlijm altijd de bedoeling is dat je beide oppervlaktes (gelijkmatig) insmeert en de lijm daarna 10 tot 40 minuten laat drogen voor je de delen op elkaar plakt. Je kunt daarna niet meer corrigeren, want de verbinding is gelijk heel sterk. Als de lijm géén draden meer trekt als je het met je vingers aanraakt, is het klaar om contact te maken met de andere kant. Druk daarna heel goed aan en ga er eventueel met een roller of hamer overheen om de verbinding extra sterk te maken.
Contactlijm bestaat in een kleurloze transparante variant of in een gelige (semi-transparante) variant. Gebruik de kleurloze voor materialen zoals glas en plastic, zodat je de lijm niet terugziet. De andere (vaak iets goedkopere) versie kun je prima voor interne verbindingen gebruiken tussen bijvoorbeeld hout, metaal, karton en leer. Afhankelijk van het merk en de soort is de verbinding na het drogen vocht- en vorstbestendig en kan het grote temperatuurswisselingen aan.
sprayen
Contactlijm bestaat ook in een spray-variant. Hierbij is de lijm permanent als je de twee oppervlaktes sprayt, even laat drogen en vervolgens de twee delen tegen elkaar drukt. Hij is (afhankelijk van het materiaal) tijdelijk als je slechts één kant sprayt, dit laat drogen en dan tegen de andere kant drukt.
secondelijm
Deze lijm, een zogenoemde cyanoacrylaat, droogt ontzettend snel. Mag ook wel, met zo'n naam. Een paar seconden zijn al genoeg om een verbinding te vormen, hoewel we aanraden om de lijm nog een paar uur de laten drogen voor je de verbinding blootstelt aan invloeden van buitenaf of druk- en trekkrachten. Middenin de verbinding kan de lijm nog vloeibaar zijn namelijk, het duurt iets langer voor het daar ook gestold is. Hoe kan dat? Secondelijm stolt zodra het in contact komt met miniscule hoeveelheden water aan het oppervlakte van de materialen die je wilt lijmen. Daardoor hardt het vrijwel direct uit op die plekken, maar in het midden duurt het iets langer voor het vocht contact maakt, zeker als de randen al gestold zijn.
waar gebruik je secondelijm voor?
In tegenstelling tot veel andere lijmen, is secondelijm juist goed geschikt voor niet-poreuze en gladde oppervlaktes, zoals glas, diverse soorten plastic, de geglazuurde kanten van aardewerk en metaal. Secondelijm is meestal bijna zo vloeibaar als water en trekt teveel in poreuze ondergronden, vandaar dat gladde ondergronden beter werken. Echter moet je wel goed opletten of de materialen wel in de lijst staan met geschikte ondergronden, dit wisselt per merk en variant. Bij twijfel altijd op een klein, onopvallend stukje testen. Zo slaan sommige soorten plastic wit uit en/of ze barsten of worden broos. Ook metaal kan wit uitslaan en van piepschuim kunnen we met zekerheid zeggen dat het als sneeuw voor de zon verdwijnt zodra het in contact komt met deze lijm.
Je hebt ook secondelijm die dikker van structuur is of zelfs een soort gel zijn. Deze trekken minder in poreuze ondergronden, waardoor ze meer toepassingen hebben. Zo kun je daar (vaak) ook ongeglazuurd aardewerk mee lijmen (bijvoorbeeld een gebroken vaas), hout en kun je het gebruiken bij reparaties van materialen die niet perfect op elkaar aansluiten. Het vult dan de ruimte een beetje op, iets wat de waterige variant niet kan. Let wel op dat het eindresultaat niet altijd volledig waterdicht is (die vaas is misschien hierna beter geschikt voor droogbloemen) en dat de lijm niet bedoeld is om in contact te komen met eten of in een vaatwasser gewassen te worden.
secondelijm bewaren
Bijna iedereen die wel eens met secondelijm heeft gewerkt, heeft thuis een half uitgeknepen, knoerdhard tubetje liggen waar ze tevergeefs ooit nog wat lijm uit hebben geprobeerd te persen. Ging niet, hè? Ze worden niet voor niets vaak in zulke kleine hoeveelheden geleverd, want eenmaal open, zijn ze moeilijk nog lang te bewaren. Maar wie weet lukt het jou met deze tips: bij potjes/spuitflesjes raden we aan ze rechtop te zetten en heel even te wachten vóór je de dop er weer op draait, dan kan de lijm vanuit het tuitje terug de fles in vloeien. Zo voorkom je dat de dop vastgelijmd wordt! Verder raden we aan om de lijm in de koelkast te bewaren, door de kou is de luchtvochtigheid namelijk lager. En sluit tubes en potjes altijd goed af, dan komt er zo min mogelijk lucht in.
belangrijk
Ook op je huid zit vocht, waardoor contact met secondelijm al snel veel ellende kan ervoorzaken, zoals het vastlijmen van je vingers aan elkaar of aan je project. Wrijf nooit in je ogen als je met de lijm werkt, want voor je het weet heb je ze dichtgelijmd. Dat klinkt misschien als een grapje, maar het kan écht gebeuren. Bovendien irriteert de lijm en de damp ervan slijmvliezen en luchtwegen, dus wees er maar gewoon voorzichtig mee. Alleen voor volwassenen geschikt.
speciaal-lijmen
Als je al andere beschrijvingen van onze lijmuitleg hebt gelezen, zul je wel weten dat elke lijm zo z'n eigen toepassingen heeft. Sommige lijmen zijn nog specialistischer of hebben bijzondere eigenschappen. Zo heb je gellijmen (zoals Pattex Repairgel en E6000), die nog het meest lijken op dikke kit. Ze hechten op heel veel verschillende ondergronden. Sommige hebben oplosmiddelen, sommige niet. Ze hechten meestal vooral door veel contact te maken, vergelijkbaar met een lijmpistool. De opgedroogde lijm is echter veel elastische en kan daardoor goed tegen een stootje. Doordat ze zo dik zijn kun je ze goed gebruiken op plekken die heel onregelmatig van structuur zijn, want het vult gaten goed in en droogt daarna net zo dik op als je het hebt aangebracht.
Je hebt ook lijmen die goed tegen vocht kunnen, zoals textiellijm. Deze blijven ook relatief flexibel en moet je soms nog fixeren met een strijkijzer. Je kunt ze daarna gewoon in een wasmachine wassen! Je hebt textiellijm op waterbasis en met oplosmiddelen. Die op waterbasis zijn laagdrempeliger in het gebruik, maar kun je beter niet in de wasmachine wassen. Beter gebruik je die om stoffen ter decoratie te lijmen en niet voor kleding. Bijvoorbeeld lapjes vilt voor een surprise.
Een laatste interessante lijm (of beter gezegd: kit) is 3D kit. Dit is een siliconenkit, die een reactie aangaat met vocht in de lucht en daardoor langzaam "polymeriseert". Simpeler gezegd: het verandert langzaam in een flexibele, stevige, waterafstotende blob. Gebruik deze altijd in combinatie met poreuze materialen, zoals hout, papier en karton en textiel, of zorg dat er altijd ergens contact met de buitenlucht blijft als je met glas of plastic werkt. Anders trek het vocht niet diep genoeg door en hardt de kit nooit uit. Hij behoudt zijn vorm (vandaar "3D") en wordt veel gebruikt bij het kaartenmaken. Men gebruikt een mooie achtergrond met bijvoorbeeld vogels erop afgebeeld. Uit een tweede, identiek vel knipt men deze vogels uit. Men zet een dotje 3D kit op de originele ondergrond op de plek van de vogel en plak de uitgeknipte vogel op die plek. Door hem niet te hard aan te drukken, blijft de vogel losstaan van de achtergrond en lijkt hij echt te zweven!
lijmpistool
Op secondelijm na werkt niets zo snel als een lijmpistool. Hooguit 20 seconden en je werk zit muurvast, want het enige wat er hoeft te gebeuren is het afkoelen van de lijm. Handig! Wel even opletten tijdens het werken, want de lijm en de punt van het pistool zijn heet. We hebben lijmpistolen in de collectie waarvan de lijm minder heet wordt (hier horen dus ook speciale patronen bij), dus dat is iets veiliger in gebruik en kan al gebruikt worden door kinderen vanaf 8 jaar (onder begeleiding). Deze pistolen zijn ook kleiner dan standaard lijmpistolen, waardoor ze makkelijker vast te houden zijn door kinderen.
Lijm uit een lijmpistool met een hoge temperatuur wordt over het algemeen iets vloeibaarder en hecht net iets beter, dus voor heavy-duty projecten raden we (voor volwassenen!) pistolen met hoge temperatuur aan. Hier horen weer bijpassende lijmpatronen bij. We geven bij het product altijd aan of het hoge of lage temperaturen geschikt is, dus zo weet je altijd zeker dat je de juiste match hebt.
hoe werk je met een lijmpistool?
Leg een kladblaadje klaar, steek een lijmstick/-patroon via de achterkant in het pistool en steek de stekker in het stopcontact. Het pistool zal nu beginnen met opwarmen, dit duurt ongeveer 5 minuten. Zet het pistool tijden het wachten en tussen het lijmen door met de punt naar beneden, met behulp van de twee pootjes/uitklappootje, op het kladblaadje. Eventuele druppels lijm vallen zo op het blaadje en niet op je project of werkvlak.
Als het pistool is opgewarmd, kun je beginnen met lijmen. Knijp hiervoor het palletje in, zodat de patroon de behuizing van het pistool ingeduwd wordt. Hiervoor zit aan de achterkant (in de cilinder) een soort "klauwtje" dat naar voren beweegt en de lijmstick voortduwt. Uit de punt vloeit nu vloeibare lijm. Spuit dit op het te verlijmen oppervlak en knijp steeds het palletje in als er minder lijm uitkomt. Zorg dat je op tijd de andere materialen op het oppervlak plakt, anders is de lijm al afgekoeld en gestold en zal het niet meer plakken.
Als de lijmstick op is, kun je simpelweg een volgende lijmstick in de houder doen. De volgende lijmstick duwt de vorige het pistool in. Als je klaar bent, haal je de stekker uit het stopcontact en laat het pistool op het kladblaadje afkoelen. Laat de lijmstick altijd in het pistool zitten als deze eenmaal (in de behuizing) gesmolten is geweest en berg het lijmpistool pas op als je zeker weet dat deze volledig afgekoeld is.goed om te weten
In tegenstelling tot andere lijmen werkt lijm uit een pistool niet door middel van het oplossen van het te verlijmen oppervlak (zoals bij lijm met oplosmiddelen) of een reactie met vocht (zoals PVA lijm), maar door om miniscule structuren op je ondergrond heen te vloeien en dan hard te worden. Het grijpt zich dus eigenlijk vast en maakt geen chemische verbinding. Daarom is de lijm vooral geschikt voor materialen met veel structuur, zoals papier/karton, hout, onbehandeld aardewerk en onderdelen die in en om elkaar grijpen. Op gladde materialen zoals glas en metaal loop je het risico dat je de lijm als een plak van de ondergrond afstoot als je niet oppast. Voor bredere vlakken waar weinig kracht op komt te staan, zoals bijvoorbeeld plakjes vilt op een ondergrond, hoef je niet bang te zijn dat de verbinding niet stevig genoeg is en kun je de lijm dus overal op gebruiken.
Het grootste nadeel van vloeibare lijm? Je moet wachten tot het droog is of afgekoeld. Daar hebben we toch helemaal geen tijd voor? Bovendien vloeit het soms wat verder dan de bedoeling was en voor je het weet zitten er gekke vlekken op plekken waar eigenlijk geen lijm had moeten zitten. Herken je jouw werkwijze in deze beschrijving? Dan word jij misschien gelukkiger van dubbelzijdige tape, plakband of een taperoller.
enkelzijdig plakkend
plakband
De bekendste tape is natuurlijk plakband. Je plakt er werkelijk alles mee vast! Een kleine rondgang tussen onze collega's levert de volgende toepassingen op: cadeautjes inpakken (viel te verwachten), kleine doosjes dichtplakken, papier aan elkaar plakken, simpele labelstickers maken, opengescheurde zakken rijst dichtplakken en nog veeeeel meer. Waar gebruik jij het allemaal voor? Het handigste is om een goede houder neer te zetten, zodat je makkelijk stukjes van de rol af kunt halen. De meeste plakband is transparant en glanzend, maar je hebt ook matte (semi-transparante) plakband die minder opvalt op (wit) papier. Deze wordt vaak "documenttape" genoemd.
schilderstape
Schilderstape is gemaakt van papiervezels met aan één kant een milde lijmlaag, waarmee je tijdelijk oppervlaktes kunt beplakken. Het houdt vocht (tot een zekere hoogte) tegen, zodat je het kunt gebruiken om delen af te plakken als je gaat schilderen. Bij ons wordt schilderstape veel gebruikt om aquarelpapier vast te plakken tijdens het werken (om bobbelen te voorkomen) en delen af te plakken waar geen verf moet komen. Je kunt het ook goed gebruiken om materialen aan elkaar te bevestigen die je daarna met papier-maché gaat beplakken of gaat beschilderen met (acryl)verf. De papiervezels zorgen er namelijk voor dat de lijm of verf goed hecht.
duct tape
Duck tape? Nee nee, duct tape. Dit komt van het Engelse woord voor "buis" af. De veelzijdige en sterke tape heeft namelijk veel toepassingen in de bouw (gehad), waaronder het verstevigen of dichtplakken van buizen. Vaak wordt gezegd dat je met duct tape zo ongeveer alles kunt repareren. Dat is niet helemaal waar, maar het is wel heel handig als het wél stevig, maar níet mooi hoeft te zijn. Het is gemaakt van grof geweven stof met aan één kant een flexibele plastic laag en aan de andere kant een kleeflaag. De stof zorgt ervoor dat de tape heel veel krachten kan weerstaan en het plastic (en de type lijmstof) zorgt ervoor dat de tape goed tegen vocht kan. Overigens werd duct tape vroeger gemaakt met zogeheten "cotton duck", een stevige katoenen stof, en wordt het tegenwoordig eigenlijk niet zo vaak gebruikt om buizen dicht te plakken. Misschien moeten we het toch maar (weer) duck tape gaan noemen?
dubbelzijdige tape
op rol
Met dubbelzijdige tape kun je heel snel strakke verbindingen maken tussen vlakke (gladde) oppervlakken. Bijvoorbeeld papier en karton, maar ook hout, glas, plastic, metaal en zelfs textiel. Het fijne van tape is dat het niet vloeibaar is en dus geen vlekken kan veroorzaken of materialen zoals papier doen bobbelen door het vocht. Het bestaat in verschillende varianten. Breed of smal, dun of dik en low of high tack. "Tack" komt af van het Engelse woord "tacky" (kleverig). Low tack is dus "mild klevend" en high tack "sterk klevend". Niet te verwarren met "high tech", want dubbelzijdige tape is wel super handig, maar geen rocket science.
Er bestaat ook zogenaamde "3D (foam)tape". Dit is dubbelzijdige tape met een schuimlaagje ertussen. Meestal beschikbaar in diktes van 1 of 2 mm. Deze gebruik je om bijvoorbeeld 3D effecten in kaarten te creëeren (stukjes papier plak je met de dikke tape zo een stukje los van de ondergrond, daardoor lijken ze te zweven). Maar het is ook hele handige tape om op ondergronden met structuur te plakken, want het schuim vult eventuele oneffenheden op.
Wil je de tape gaan gebruiken om dingen in huis vast te plakken? Dat kan best, want het is verrassend sterk, maar weet wel dat het verwijderen een boel ellende op kan leveren. De lijmlaag blijft aan beide zijdes namelijk liever aan de ondergrond plakken, het resultaat bij het lostrekken is daarom meestal dat de schuimlaag in tweeën scheurt. Nu heb je op twee oppervlaktes een soort kussentjes die moeilijk weg te halen zijn! Weet dus waar je aan begint, willen we maar zeggen.
in stukjes
3D foamtape bestaat ook in velletjes met voorgesneden stukjes tape, dan heten ze meestal 3D foamblokjes. Deze worden bijna altijd voor kaartenmaken gebruikt. Foamtape kan best moeilijk te knippen zijn namelijk, omdat het de neiging heeft om aan je schaar te blijven plakken. Heb je al een rol tape in huis en wil je die gebruiken? Gebruik dan een schaar met een teflon coating om de tape mee te knippen, daar plakt het niet aanvast. We raden aan om dit ook bij andere dubbelzijdige tape te doen, vooral de high tack versies.
rollers
Roller zijn de perfecte middenweg tussen lijm en tape. Ze zijn geschikt voor gladde ondergronden en beschikbaar in high en low tack versies en niet-permanente. Die laatste zet kleine dotjes met heel licht klevende lijm neer, die je met je vinger makkelijk kunt "weggummen" door er overheen te wrijven. Zo kun je tijdelijke verbindingen maken. Taperollers hebben het voordeel van dubbelzijdige tape (snel, strak vast en geen vlekken), zonder het nadeel (lastig te knippen en moeilijk om niet-rechte vormen te beplakken, zoals golvende randen).
Rollers zijn over het algemeen wat duurder dan tape, maar gelukkig zijn er navullingen beschikbaar. Die zijn goedkoper dan een nieuwe roller en besparen plastic.
lijmdots
Een leuke variant op dubbelzijdige tape of taperollers zijn zogeheten "dots". Misschien heb je wel eens een cadeaubon gehad die vastgeplakt zat op een kaartje of een sample van een geurtje in een magazine gehad? Vaak zitten die dan vastgeplakt met dots of met dezelfde soort lijm. De lijm is heel flexibel, bijna kneedbaar, maar wil meestal weer terug naar zijn originele vorm. Een soort doorzichtige, licht plakkerig, rubberen plakje. Lijmdots worden op een rol geleverd en hebben een individueel beschermfolietje op zich zitten om te voorkomen dat de boel aan elkaar plakt. Het makkelijkste is om de dot met deze folie van de rol te halen en de folie te gebruiken om de dot mee op z'n plaats te plakken. Afhanklijk van hoe plakkerige de dot is, kun je wat je er daarna opplakt zonder problemen weer verwijderen of is het een permanente hechting. Een giftcard wil je makkelijk kunnen verwijderen, maar een versiering op een kerstbal misschien juist niet.
kneedlijm
Met kneedlijm (bijvoorbeeld Pritt poster buddies) kun je tijdelijk lichte materialen ophangen of aan elkaar plakken. Het lijkt een beetje op kneedgum en het is de bedoeling dat je gewoon een stukje pakt, deze tot een bolletje draait en in alle hoeken van (bijvoorbeeld) de poster plakt. Houd de poster vervolgens tegen de muur en druk de bolletjes zo plat mogelijk. Doordat ze zo moeten uitdijen krijg je veel oppervlaktecontact en omdat ze licht klevend zijn, blijft je poster hangen. Ze plakken echter niet door een kleefstof, dus je kunt ze ook makkelijk weer verwijderen en hergebruiken. Veelvuldig gebruik (of als ze al lang aan de muur hangen) kan echter wel zorgen dat ze kneedlijm steeds een beetje plakkeriger wordt, dan is het verstandig om dit stukje te vervangen door een nieuwe.
heel veel soorten lijm
Er bestaan ontzettend veel soorten lijm, ieder met hun eigen toepassingen. Daarnaast hoeft lijm niet altijd alleen maar functioneel te zijn! Wat dacht je bijvoorbeeld van glitterlijm, waarmee je elk project in een glitterparadijs verandert? Er bestaan ook gekleurde (en soms glitterende) patronen voor lijmpistolen, waar je leuke 3D-tekeningen mee kunt maken op ondergronden.
maak kennis met de volgende lijmsoorten:
Eetbare lijm (waterbasis, daarmee plak je bijvoorbeeld stukjes fondant op een taart of suikeroogjes op een traktatie)
Pixelhobby lijm (waterbasis, waarmee je de basisplaten van deze Ministeck-achtige hobby in een lijst plakt)
Huidlijm (waterbasis, waarmee je cosmetische glitters, nepwimpers of andere special effects op je huid plakt)
Candle liner wax lijm (waxbasis, daarmee kun je bijvoorbeeld droogbloemen op een kaars lijmen)
Textielverharder (waterbasis, een PVA lijm waarmee je ondergedompelde textiel in vormen kunt laten opdrogen)
Melklijm (waterbasis, een lijm die na een kwartiertje drogen een plakkerige laag vormt, zodat je bladmetaal op die plek kunt plakken)
Tot slot heb je ook verschillende methodes om lijm aan te brengen, afhankelijk van het doel en andere praktische invloeden. Zo zijn er lijmpennen, die weinig ruimte innemen zodat je ze mee op reis kunt meenemen. Je hebt pennen waar grote hoeveelheden vloeibare lijm uit komen (vaak zijn deze voor kinderen en hebben ze een platte punt gemaakt van een soort plastic gaas) en pennen waar je heel precies mee kunt werken (zoals de Sakura Quickie Glue balpen), die bedoelt zijn voor hele gedetailleerde lijmlaagjes. Bijvoorbeeld voor glitters of poeders. Deze pennen hebben een roller bal punt, vergelijkbaar met gewone balpennen.
Denk verder aan kwastjes (in de verpakking of een los kwastje), grote emmers met lijm om materialen onder te dompelen en lijmstiften, van bijvoorbeeld het merk Pritt, die veel door kinderen worden gebruikt. Die laatste zijn een soort ingedikte lijmstaafjes die erg plakkerig zijn. Omdat ze niet uitvloeien, zijn ze fijn voor op reis, voor kinderen van jonge leeftijd en voor materialen die snel bobbelen, zoals papier.
-
welke verf heb ik nodig?
De ene verf is de andere niet! Voor het beste resultaat is het belangrijk dat je de juiste soort gebruikt en deze goed toepast. Hierbij moet je letten op dekking, consistentie, op welke ondergronden deze gebruikt kan worden en/of hoe je de verf aanbrengt.
wij helpen een handje!
Acrylverf is waarschijnlijk de meest gebruikte verf voor hobbydoeleinden en dat is niet voor niets. Het is makkelijk om mee te werken, droogt relatief snel en waterafstotend op, dekt goed, is onderling te mengen én je kunt je gebruikte hulpmiddelen gewoon reinigen met water. Bovendien zitten er geen oplosmiddelen in en er zit vrijwel geen geur aan, dus dat werkt wel zo prettig.
waar moet je op letten bij acrylverf?
Voor simpele projecten, zoals het beschilderen van een surprise, komt het allemaal niet zo nauw. Haal gewoon de kleurtjes die je wilt gebruiken + een paar fijne penselen en ga aan de slag. Als je een schilderij wilt maken waar je wat meer technieken wilt toepassen, let dan goed op de lichtechtheid en transparantie. Zo zijn sommige kleuren verf transparanter dan andere (dit komt o.a. door het gebruikte pigment) en zal verf van hogere kwaliteit over het algemeen langer zijn kleur vasthouden als er (zon)licht op komt (de lichtechtheid).
Daarnaast is het belangrijk dat je gebruikte hulpmiddelen zoals penselen, mengpaletten en paletmessen schoonmaakt vóór de verf opdroogt, want daarna lost het niet meer op in water. Als de verf op gladde ondergronden toch te ver is ingedroogd, dan kun je deze het beste helemaal laten drogen en daarna een tijdje in warm water laten weken. Vaak kun je de verf er dan als een soort folie vanaf trekken of schrapen. Dit werkt niet op oppervlakken die poreus zijn, zoals hout of met veel structuur, zoals tussen de haren van penselen. In het laatste geval kan het voorkomen dat de penseel helaas weggegooid moet worden. Een wijze les voor de toekomst!
Panduro acrylverf
xxx
Amsterdam acrylverf
xxx
overige soorten
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
Zelfde als acrylverf, maar vloeibaarder, goed voor fijne details, enz.
waar moet je op letten bij hobbylak?
Zelfde als acrylverf + direct uit potje werken, mengen op iets met diepere "vakjes"
hobbylak
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
secondelijm
Deze lijm, een zogenoemde cyanoacrylaat, droogt ontzettend snel. Mag ook wel, met zo'n naam. Een paar seconden zijn al genoeg om een verbinding te vormen, hoewel we aanraden om de lijm nog een paar uur de laten drogen voor je de verbinding blootstelt aan invloeden van buitenaf of druk- en trekkrachten. Middenin de verbinding kan de lijm nog vloeibaar zijn namelijk, het duurt iets langer voor het daar ook gestold is. Hoe kan dat? Secondelijm stolt zodra het in contact komt met miniscule hoeveelheden water aan het oppervlakte van de materialen die je wilt lijmen. Daardoor hardt het vrijwel direct uit op die plekken, maar in het midden duurt het iets langer voor het vocht contact maakt, zeker als de randen al gestold zijn.
waar gebruik je secondelijm voor?
In tegenstelling tot veel andere lijmen, is secondelijm juist goed geschikt voor niet-poreuze en gladde oppervlaktes, zoals glas, diverse soorten plastic, de geglazuurde kanten van aardewerk en metaal. Secondelijm is meestal bijna zo vloeibaar als water en trekt teveel in poreuze ondergronden, vandaar dat gladde ondergronden beter werken. Echter moet je wel goed opletten of de materialen wel in de lijst staan met geschikte ondergronden, dit wisselt per merk en variant. Bij twijfel altijd op een klein, onopvallend stukje testen. Zo slaan sommige soorten plastic wit uit en/of ze barsten of worden broos. Ook metaal kan wit uitslaan en van piepschuim kunnen we met zekerheid zeggen dat het als sneeuw voor de zon verdwijnt zodra het in contact komt met deze lijm.
Je hebt ook secondelijm die dikker van structuur is of zelfs een soort gel zijn. Deze trekken minder in poreuze ondergronden, waardoor ze meer toepassingen hebben. Zo kun je daar (vaak) ook ongeglazuurd aardewerk mee lijmen (bijvoorbeeld een gebroken vaas), hout en kun je het gebruiken bij reparaties van materialen die niet perfect op elkaar aansluiten. Het vult dan de ruimte een beetje op, iets wat de waterige variant niet kan. Let wel op dat het eindresultaat niet altijd volledig waterdicht is (die vaas is misschien hierna beter geschikt voor droogbloemen) en dat de lijm niet bedoeld is om in contact te komen met eten of in een vaatwasser gewassen te worden.
secondelijm bewaren
Bijna iedereen die wel eens met secondelijm heeft gewerkt, heeft thuis een half uitgeknepen, knoerdhard tubetje liggen waar ze tevergeefs ooit nog wat lijm uit hebben geprobeerd te persen. Ging niet, hè? Ze worden niet voor niets vaak in zulke kleine hoeveelheden geleverd, want eenmaal open, zijn ze moeilijk nog lang te bewaren. Maar wie weet lukt het jou met deze tips: bij potjes/spuitflesjes raden we aan ze rechtop te zetten en heel even te wachten vóór je de dop er weer op draait, dan kan de lijm vanuit het tuitje terug de fles in vloeien. Zo voorkom je dat de dop vastgelijmd wordt! Verder raden we aan om de lijm in de koelkast te bewaren, door de kou is de luchtvochtigheid namelijk lager. En sluit tubes en potjes altijd goed af, dan komt er zo min mogelijk lucht in.
belangrijk
Ook op je huid zit vocht, waardoor contact met secondelijm al snel veel ellende kan ervoorzaken, zoals het vastlijmen van je vingers aan elkaar of aan je project. Wrijf nooit in je ogen als je met de lijm werkt, want voor je het weet heb je ze dichtgelijmd. Dat klinkt misschien als een grapje, maar het kan écht gebeuren. Bovendien irriteert de lijm en de damp ervan slijmvliezen en luchtwegen, dus wees er maar gewoon voorzichtig mee. Alleen voor volwassenen geschikt.
speciaal-lijmen
Als je al andere beschrijvingen van onze lijmuitleg hebt gelezen, zul je wel weten dat elke lijm zo z'n eigen toepassingen heeft. Sommige lijmen zijn nog specialistischer of hebben bijzondere eigenschappen. Zo heb je gellijmen (zoals Pattex Repairgel en E6000), die nog het meest lijken op dikke kit. Ze hechten op heel veel verschillende ondergronden. Sommige hebben oplosmiddelen, sommige niet. Ze hechten meestal vooral door veel contact te maken, vergelijkbaar met een lijmpistool. De opgedroogde lijm is echter veel elastische en kan daardoor goed tegen een stootje. Doordat ze zo dik zijn kun je ze goed gebruiken op plekken die heel onregelmatig van structuur zijn, want het vult gaten goed in en droogt daarna net zo dik op als je het hebt aangebracht.
Je hebt ook lijmen die goed tegen vocht kunnen, zoals textiellijm. Deze blijven ook relatief flexibel en moet je soms nog fixeren met een strijkijzer. Je kunt ze daarna gewoon in een wasmachine wassen! Je hebt textiellijm op waterbasis en met oplosmiddelen. Die op waterbasis zijn laagdrempeliger in het gebruik, maar kun je beter niet in de wasmachine wassen. Beter gebruik je die om stoffen ter decoratie te lijmen en niet voor kleding. Bijvoorbeeld lapjes vilt voor een surprise.
Een laatste interessante lijm (of beter gezegd: kit) is 3D kit. Dit is een siliconenkit, die een reactie aangaat met vocht in de lucht en daardoor langzaam "polymeriseert". Simpeler gezegd: het verandert langzaam in een flexibele, stevige, waterafstotende blob. Gebruik deze altijd in combinatie met poreuze materialen, zoals hout, papier en karton en textiel, of zorg dat er altijd ergens contact met de buitenlucht blijft als je met glas of plastic werkt. Anders trek het vocht niet diep genoeg door en hardt de kit nooit uit. Hij behoudt zijn vorm (vandaar "3D") en wordt veel gebruikt bij het kaartenmaken. Men gebruikt een mooie achtergrond met bijvoorbeeld vogels erop afgebeeld. Uit een tweede, identiek vel knipt men deze vogels uit. Men zet een dotje 3D kit op de originele ondergrond op de plek van de vogel en plak de uitgeknipte vogel op die plek. Door hem niet te hard aan te drukken, blijft de vogel losstaan van de achtergrond en lijkt hij echt te zweven!
xxx
waar moet je op letten bij aquarelverf?
xxx
aquarelverf
xxx
napjes
xxx
tubes
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
xxx
waar moet je op letten bij plakkaatverf?
xxx
plakkaatverf
xxx
gouache
xxx
posterpaint
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
xxx
waar moet je op letten bij olieverf?
xxx
olieverf
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
xxx
waar moet je op letten bij textielverf?
strijken, lichte donkere ondergronden, speciale verf voor zeepdrukken of lino.
textielverf
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
heel veel soorten verf
Er bestaan ontzettend veel soorten lijm, ieder met hun eigen toepassingen.
maak kennis met de volgende verfsoorten
Eetbare verf (waterbasis of alcoholbasis, xxx)
Meubelverf (waterbasis, xxx)
Muurverf (waterbasis, xxx)
Outdoor paint (meestal op alkydbasis of terpentinebasis, xxx)
Modelbouwverf (waterbasis of alkydbasis, xxx)
Tot slot heb je ook primers, zoals gesso, die helpen andere verf goed te laten hechten of de ondergrond te beschermen.
-
hoe werk ik met verschillende ondergronden?
Elke ondergrond verwerk je op een andere manier. De één laat zich makkelijk schilderen, de ander laat je wat harder werken. Welke materialen kun je allemaal waarop gebruiken?
wij helpen een handje!
Hout is een prachtig natuurmateriaal en een hele fijne ondergrond voor allerlei projecten. Het feit dat het een natuurproduct is, maakt dat het met een prettig gevoel knutselt én van zichzelf al veel karakter heeft. Je kunt het schilderen, makkelijk lijmen, zagen en boren. Het is relatief licht van gewicht en toch stevig. Een bijzonder veelzijdig materiaal dus!
hoe kunt je het beste met hout werken?
Panduro acrylverf
xxx
Amsterdam acrylverf
xxx
overige soorten
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
Zelfde als acrylverf, maar vloeibaarder, goed voor fijne details, enz.
waar moet je op letten bij hobbylak?
Zelfde als acrylverf + direct uit potje werken, mengen op iets met diepere "vakjes"
hobbylak
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
secondelijm
Deze lijm, een zogenoemde cyanoacrylaat, droogt ontzettend snel. Mag ook wel, met zo'n naam. Een paar seconden zijn al genoeg om een verbinding te vormen, hoewel we aanraden om de lijm nog een paar uur de laten drogen voor je de verbinding blootstelt aan invloeden van buitenaf of druk- en trekkrachten. Middenin de verbinding kan de lijm nog vloeibaar zijn namelijk, het duurt iets langer voor het daar ook gestold is. Hoe kan dat? Secondelijm stolt zodra het in contact komt met miniscule hoeveelheden water aan het oppervlakte van de materialen die je wilt lijmen. Daardoor hardt het vrijwel direct uit op die plekken, maar in het midden duurt het iets langer voor het vocht contact maakt, zeker als de randen al gestold zijn.
waar gebruik je secondelijm voor?
In tegenstelling tot veel andere lijmen, is secondelijm juist goed geschikt voor niet-poreuze en gladde oppervlaktes, zoals glas, diverse soorten plastic, de geglazuurde kanten van aardewerk en metaal. Secondelijm is meestal bijna zo vloeibaar als water en trekt teveel in poreuze ondergronden, vandaar dat gladde ondergronden beter werken. Echter moet je wel goed opletten of de materialen wel in de lijst staan met geschikte ondergronden, dit wisselt per merk en variant. Bij twijfel altijd op een klein, onopvallend stukje testen. Zo slaan sommige soorten plastic wit uit en/of ze barsten of worden broos. Ook metaal kan wit uitslaan en van piepschuim kunnen we met zekerheid zeggen dat het als sneeuw voor de zon verdwijnt zodra het in contact komt met deze lijm.
Je hebt ook secondelijm die dikker van structuur is of zelfs een soort gel zijn. Deze trekken minder in poreuze ondergronden, waardoor ze meer toepassingen hebben. Zo kun je daar (vaak) ook ongeglazuurd aardewerk mee lijmen (bijvoorbeeld een gebroken vaas), hout en kun je het gebruiken bij reparaties van materialen die niet perfect op elkaar aansluiten. Het vult dan de ruimte een beetje op, iets wat de waterige variant niet kan. Let wel op dat het eindresultaat niet altijd volledig waterdicht is (die vaas is misschien hierna beter geschikt voor droogbloemen) en dat de lijm niet bedoeld is om in contact te komen met eten of in een vaatwasser gewassen te worden.
secondelijm bewaren
Bijna iedereen die wel eens met secondelijm heeft gewerkt, heeft thuis een half uitgeknepen, knoerdhard tubetje liggen waar ze tevergeefs ooit nog wat lijm uit hebben geprobeerd te persen. Ging niet, hè? Ze worden niet voor niets vaak in zulke kleine hoeveelheden geleverd, want eenmaal open, zijn ze moeilijk nog lang te bewaren. Maar wie weet lukt het jou met deze tips: bij potjes/spuitflesjes raden we aan ze rechtop te zetten en heel even te wachten vóór je de dop er weer op draait, dan kan de lijm vanuit het tuitje terug de fles in vloeien. Zo voorkom je dat de dop vastgelijmd wordt! Verder raden we aan om de lijm in de koelkast te bewaren, door de kou is de luchtvochtigheid namelijk lager. En sluit tubes en potjes altijd goed af, dan komt er zo min mogelijk lucht in.
belangrijk
Ook op je huid zit vocht, waardoor contact met secondelijm al snel veel ellende kan ervoorzaken, zoals het vastlijmen van je vingers aan elkaar of aan je project. Wrijf nooit in je ogen als je met de lijm werkt, want voor je het weet heb je ze dichtgelijmd. Dat klinkt misschien als een grapje, maar het kan écht gebeuren. Bovendien irriteert de lijm en de damp ervan slijmvliezen en luchtwegen, dus wees er maar gewoon voorzichtig mee. Alleen voor volwassenen geschikt.
speciaal-lijmen
Als je al andere beschrijvingen van onze lijmuitleg hebt gelezen, zul je wel weten dat elke lijm zo z'n eigen toepassingen heeft. Sommige lijmen zijn nog specialistischer of hebben bijzondere eigenschappen. Zo heb je gellijmen (zoals Pattex Repairgel en E6000), die nog het meest lijken op dikke kit. Ze hechten op heel veel verschillende ondergronden. Sommige hebben oplosmiddelen, sommige niet. Ze hechten meestal vooral door veel contact te maken, vergelijkbaar met een lijmpistool. De opgedroogde lijm is echter veel elastische en kan daardoor goed tegen een stootje. Doordat ze zo dik zijn kun je ze goed gebruiken op plekken die heel onregelmatig van structuur zijn, want het vult gaten goed in en droogt daarna net zo dik op als je het hebt aangebracht.
Je hebt ook lijmen die goed tegen vocht kunnen, zoals textiellijm. Deze blijven ook relatief flexibel en moet je soms nog fixeren met een strijkijzer. Je kunt ze daarna gewoon in een wasmachine wassen! Je hebt textiellijm op waterbasis en met oplosmiddelen. Die op waterbasis zijn laagdrempeliger in het gebruik, maar kun je beter niet in de wasmachine wassen. Beter gebruik je die om stoffen ter decoratie te lijmen en niet voor kleding. Bijvoorbeeld lapjes vilt voor een surprise.
Een laatste interessante lijm (of beter gezegd: kit) is 3D kit. Dit is een siliconenkit, die een reactie aangaat met vocht in de lucht en daardoor langzaam "polymeriseert". Simpeler gezegd: het verandert langzaam in een flexibele, stevige, waterafstotende blob. Gebruik deze altijd in combinatie met poreuze materialen, zoals hout, papier en karton en textiel, of zorg dat er altijd ergens contact met de buitenlucht blijft als je met glas of plastic werkt. Anders trek het vocht niet diep genoeg door en hardt de kit nooit uit. Hij behoudt zijn vorm (vandaar "3D") en wordt veel gebruikt bij het kaartenmaken. Men gebruikt een mooie achtergrond met bijvoorbeeld vogels erop afgebeeld. Uit een tweede, identiek vel knipt men deze vogels uit. Men zet een dotje 3D kit op de originele ondergrond op de plek van de vogel en plak de uitgeknipte vogel op die plek. Door hem niet te hard aan te drukken, blijft de vogel losstaan van de achtergrond en lijkt hij echt te zweven!
xxx
waar moet je op letten bij aquarelverf?
xxx
aquarelverf
xxx
napjes
xxx
tubes
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
Oppervlakkig verven met Palett, verbad met tie-dye verf of Dylon.
plakkaatverf
xxx
gouache
xxx
posterpaint
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
xxx
waar moet je op letten bij olieverf?
xxx
olieverf
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
xxx
waar moet je op letten bij textielverf?
strijken, lichte donkere ondergronden, speciale verf voor zeepdrukken of lino.
textielverf
xxx
penselen en hulpmiddelen
xxx
heel veel soorten verf
Er bestaan ontzettend veel soorten lijm, ieder met hun eigen toepassingen.
tips per ondergrond
Metaal (xxx)
Papier-maché (xxx)
(Hobby)rubber (xxx)
Schuim (xxx)
xxx