Van Spectrum Noir hebben we ook nog een fijne alternatieve/additionele collectie: de Illustrators. Deze stiften zijn los verkrijgbaar, zodat je zelf je eigen kleurcombinaties kunt maken. In tegenstelling tot de Classique collectie hebben deze stiften (naast een dunne viltpunt) niet een beitelpunt, maar een brushpunt. Dat is een flexibele, taps toelopende punt die wat doet denken aan een penseel. “Brush” is Engels voor penseel/kwast, een zeer toepasselijke naam dus.

Met deze punten kun je zowel dunne lijnen trekken als brede vlakken inkleuren, afhankelijk van hoe hard je op de punt duwt en hoe snel je werkt. Oefen je weinig druk uit, dan teken je met het dunne uiteinde van de punt. Als je dan ook nog eens snel tekent, is je lijn nóg dunner. Druk je harder, dan buigt de punt om en teken je een bredere lijn. Het vergt even wat oefening, maar deze punt is wel erg veelzijdig. Bovendien is hij hierdoor ook geschikt voor brushlettering, een uitdagende en moderne manier van schoonschrijven.

Alcohol markers zijn ‘bloedende’ stiften die hun inkt mooi uit laten vloeien over het papier, waardoor er weinig tot geen strepen in je tekeningen komen én waardoor de kleuren elkaar gemakkelijk kunnen overlappen of met elkaar kunnen mengen. Met geen enkel ander medium kun je zulke egale gradaties tussen kleuren (of zulke zachte schaduwen) maken. Zelfs aquarelverf, bekend om haar prachtige kleureigenschappen, kan niet tippen aan de “schone” kleurovergangen die je met alcoholmarkers kunt creëren.

Afhankelijk van hoe snel of langzaam je tekent, krijg je dikkere of dunne lijnen, omdat het papier de inkt uit de stift trekt en de inkt vervolgens uitvloeit tussen de vezels. 

printerpapier

markerpapier

Maak van te voren een kleurenkaart van de kleuren die je in je verzameling hebt en schrijf de kleurcodes (en eventueel het merk) erbij. Hoe hard producenten ook hun best doen om de kleur van de inkt na te bootsen in de dop, het lukt vaak niet helemaal. Dit heeft te maken met de materialen: plastic heeft een ander soort pigmenten dan inkt en geeft kleuren heel anders weer dan inkt op papier. Maak daarom een “colour swatch” met elke stift, waarbij je over een deel van de kleurstaal nog een keertje kleurt met dezelfde stift. Zo zie je hoe de kleur eruit ziet op z’n lichtst én z’n donkerst. Schrijf er daarna met fineliner en/of witte gelpen (voor de donkere kleuren) de kleurcode in.

Met alcoholmarkers kun je verschillende effecten creëren, maar het belangrijkste element blijft toch wel het vloeien van de inkt. Daarmee kun je overgangen maken tussen kleuren of verschillende tinten van dezelfde kleur. Van licht naar donker, van felrood naar diep blauw, van niets naar iets. Dat laatste kun je bereiken door een “blender” te gebruiken. Dit is een alcoholmarker zonder kleurstof. Zet wat strepen van een kleur op je papier en ga er met de blender overheen en voorbij (zodat je de kleur oppakt en steeds verder verdund weer neerzet). De stift zal tijdelijk wat kleur opnemen en uitvloeien naar kleurloos tot de punt weer schoon is. In een eerste instantie zal de blender vooral kleur oppakken en niet afgeven, dus gebruik de twee stiften afgewisseld op dezelfde plek om uiteindelijk het gewenste resultaat te bereiken.

Maar ook zonder blender kun je kleuren in elkaar over laten lopen, door ze over elkaar heen te zetten. Hierbij zal de punt ook weer iets van de andere kleur opnemen en weer uitvloeien naar de kleur die in het reservoir zit. Omdat de inkt transparant is, zullen beide kleuren, afhankelijk van de verhouding waarin je ze aanbrengt, terugkomen in de mix die ontstaat.

De beste manier om een zogeheten “gradient” (kleurovergang) te maken, is door twee punten van verschillende stiften tegen elkaar aan te houden (laat de zwaartekracht haar werk doen) en de kleur van de ene stift in de punt van de ander te laten vloeien. Door met de tweede stift te gaan kleuren krijg je vervolgens een mooie overgang naar de originele kleur van de stift. Dit werkt ook heel mooi met de blender (geen zorgen, de punt wordt weer schoon!).

De stiften zijn prachtig van zichzelf, maar combineren ook heel mooi met fineliners, (witte) gelpennen voor highlights of kleurpotlood voor wat structuur in de kleurvlakken. Hoe meer je met de alcoholmarkers hebt gewerkt (en dus bekend bent met hun werking), hoe meer deuren er voor je open zullen gaan. Ook aquarelverf en acrylverf kunnen prima met deze stiften gecombineerd worden namelijk, maar het vergt wat ervaring om de materialen goed door elkaar te gebruiken. Zo kun je de meeste fineliners als eerste stap gebruiken, maar zul je aquarelverf pas als laatste stap toe moeten passen, om te voorkomen dat het papier -door al dat water- te poreus of bobbelig wordt voor de alcoholmarkers.

Acrylverf is een dekkende, plastic-achtige verf die het papier vrijwel volledig afsluit. Daardoor kan de alcohol-inkt niet meer goed uitvloeien en gaat het druppeltjes op de verflaag vormen. Begin dus met alcoholmarkers en ga daar overheen met de dekkende acrylverf voor een interessant contrast in stijlen.